Koersverslag door de ogen van de NOS

[door Mark Kassteen]

Koersverslag door de ogen van de NOS

Woensdag 12 juli – Of ik niet gewoon es iets over de koers op Sloten kan schrijven! Dat geouwehoer over falende kermiskoersen en Franse Alpen kennen ze onderhand wel. ‘Onderhand’, waar hoor je dat eigenlijk nog? Maar als ik me te goed voel voor een lokaal koersverslag, mocht ik dat gerust zeggen hoor. Dat zouden ze begrijpen. Ik had dat ook het liefst gezegd, maar laat nou juist de koers van afgelopen woensdag meer dan de moeite waard zijn om over te schrijven. Van Breemen-De Bruijn, Leijnse-Leijnse en Ducrot-Dijkstra om maar es een paar hints te geven.

Laten we met die laatste te beginnen… ik weet niet van u, maar los van de bergetappes vind ik de Tour tot nu toe dodelijk saai. Ik bedoel, ik zat laatst per ongeluk Rail Away van de Evangelische Omroep te kijken en mijn vrouw vroeg of ze nog ver naar de streep moesten. Een zeer begrijpelijke vergissing aangezien in beide programma’s landschappen, kastelen en ander cultureel erfgoed onder begeleiding van dodelijk saai commentaar het beeld passeren. In het ene programma worden de beelden af en toe afgewisseld met een echte spoortrein en in het andere programma rijdt een meer spreekwoordelijke trein, bestaande uit wielrenners van vlees en bloed. Maar meer verschil is er niet! Hoewel… De voice-over van het rustieke spoorprogramma brengt de kijker ononderbroken op de hoogte van al het moois dat deze ziet, waar in de Tour de feitelijkheden van Dijkstra over bijvoorbeeld een neo-Gallische bouwstijl van een Franse brug nog wel es publiekelijk in twijfel worden getrokken door alles-kenner Ducrot. Dat maakt de Tour wel nog enigszins draaglijk om naar te kijken overigens.

De koers op Sloten begon ook saai. Ik vermaak mijzelf aanvankelijk door in mijn hoofd de stemmen van Ducrot en Dijkstra over de wedstrijd neer te laten dalen. Dijkstra zou zeggen dat we rustig op weg waren gegaan en de oud-coureur zou direct beweren dat met deze wind de boel heus wel zou breken. Er stond een stevig windje inderdaad. De helicoptercamera bracht vervolgens uit verschillende hoeken het velodrome in beeld en Dijkstra zou 3 rondjes volpraten over de architect van het gebouw, diens vrouw en waaraan het arme mens na een lang ziekbed uiteindelijk was overleden. Ducrot zou droogjes stellen dat meer renners op de baan moesten trainen en dat in zijn tijd iedereen dat deed.

Een opleving van Dijkstra nu: ‘Zometeen komen de renners bij het bruggetje en dat is geen makkelijke’! De kijker krijgt naast het hoogteprofiel van het bruggetje ook de opleverdatum en het gerealiseerde budget in beeld, niet mals overigens. ‘Wat is dat voor bruggetje Maarten? Jij hebt daar zelf ook gefietst, wat kun je ons daarover vertellen’? Maarten zou beweren dat pont du Sloten – zoals hij het bruggetje zelf liever noemt – wel eens de scherprechter zou kunnen worden voor Bart van Breemen (rood) en Maurice de Bruijn (zwart). Het was psycholoog Ducrot duidelijk niet ontgaan dat deze 2 coureurs voorafgaand aan de wedstrijd het nodige te bespreken hadden gehad en dat daar het laatste woord nog niet over was gezegd. De Bruijn was namelijk geflikt in de laatste etappe en Van Breemen had zich daar naar verluidt onhandig in de pers (lees: Facebook) over uitgelaten. Het zou Ducrot verbazen als De Bruijn op pont du Sloten Van Breemen niet keihard zou aanvallen of desnoods de hekken in zou rijden.

‘Ik zei het toch Herbert’! Inderdaad was er een flinke kopgroep ontsnapt en Ducrot had ook de aanval van De Bruijn goed voorspeld. Van Breemen had echter makkelijk aan kunnen pikken en maakte op zeker moment zelfs de dienst uit in de kopgroep. Zo ondervond de schrijver van dit stuk dat-ie niet moest zeiken maar doorfietsen (‘Jaaa, daar zien we toch dat dit te hard gaat voor Kassteen, die moet eraf’) en of het niet genoeg was wilde de koning van de 50+ eigenhandig het peloton op een rondje zetten (‘Zo, Van Breemen laat er geen gras over groeien zeg’).

Na afloop staan de kemphanen gelukkig beide met een eerste prijs (ieder in hun eigen categorie) in handen en lijkt de strijdbijl voorlopig even begraven. Ondertussen melden ook vader en zoon Leijnse zich kibbelend bij de sponsortent. ‘Hij deed het echt heel dom’. Met deze uitspraak vat Enzo Leijnse de gemiste aansluiting bij de kopgroep van zijn vader samen. Zoonlief is moe omdat vader ‘het gat niet dicht reed en toen moest hij het zelf doen’. Hans kon blijkbaar niet aanhaken. ‘Neem nou maar zo’n herstelreep, dan kom je misschien van die spillepoten af’, pareert Hans de aantijgingen van zijn zoon. Wie de benen van Hans Leijnse ooit heeft gezien weet dat dan zelfs ook Cancellara luciferhoutjes heeft, maar dit terzijde. ‘Die sinaasappelsmaak is lekker’. Tussen de 4 uitgestalde reepsoorten ziet Enzo de sinaasappelsmaak niet zo gauw. ‘Orange! Da’s Engels’!, zucht Hans. Hij vraagt aan mij waar dat schoolgeld in vredesnaam aan op is gegaan. In mijn hoofd beweert Maarten Ducrot dat zo’n jongen dat natuurlijk in zijn fiets stopt. ‘Aan zijn fiets’, zeg ik. Hans knikt. Achter hem staat Bart nog altijd driftig de pers te woord, maar zijn relaas valt jammer genoeg net buiten deze uitzending.

Foto: De kopgroep met Van Breemen in het wiel van De Bruijn. Kassteen waait er net af. Leijnse jr. komt weer op adem. Het hele verhaal met één shot perfect in beeld gebracht door Dolly van der Laan, dank!